In onze gemeente hebben we veel fietspaden. Fietsen is gezond en goed voor een schone en duurzame leefomgeving. Soms liggen de fietspaden langs wegen en soms los. Als een fietspad op de weg ligt dan noemen we dat een fietssuggestiestrook of fietsstrook.

Op onze fietsers zijn we zuinig. Bij fietspaden spelen de verkeersveiligheid, het rijcomfort en het gevoel van veiligheid en overzicht een grote rol. Per situatie bekijken we of verlichting daaraan bijdraagt of juist niet.

Soorten fietspaden

We kennen zowel recreatieve als doorgaande fietsroutes. Beide kunnen zich binnen en buiten de bebouwde kom bevinden.

Recreatieve fietsroutes worden door onze eigen inwoners en door toeristen voornamelijk overdag gebruikt. Deze paden kunnen in kwetsbare gebieden liggen met waardevolle flora en fauna. Verlichting is in deze gebieden al snel storend voor de natuurlijke omgeving en kan ook schijnveiligheid geven.

Een recreatief fietspad
Foto: De Heurne, een recreatief fietspad

Doorgaande fietsroutes zijn routes die vooral door onze eigen inwoners worden gebruikt. Vaak zijn dit dagelijkse routes. We kennen ook hoofdfietsroutes. Dit zijn belangrijkste routes die door de gemeente lopen en soms omliggende gebieden met elkaar verbinden.

Op sommige wegen ligt het fietspad naast de rijbaan, soms ligt het op de rijbaan en soms ligt het wat verder van de rijbaan af. Dit bepaalt mede de verkeersveiligheid. Als een fietspad op de rijbaan ligt, is er een grotere kans op een conflict tussen een auto en fietsers dan wanneer het fietspad niet op de rijbaan ligt.

Fietspad op rijbaan
Foto: Oosterkerkstraat in Aalten, fietspad op de rijbaan

Directe en indirecte verlichting

Indirecte verlichting is verlichting die vanaf de weg op het fietspad schijnt.

Directe verlichting is als er een verlichting direct bij het fietspad staat.

Directe verlichting. Licht schijnt op het fietspad.
Foto: Nijverheidsweg in Aalten, directe verlichting. Licht schijnt op het fietspad.

Verkeers- en sociale veiligheid

Verkeersveiligheid is hoe we veilig van A naar B kunnen. Licht kan daarbij een hulpmiddel zijn, maar er zijn ook alternatieven. Denk aan markering, lichter wegdek, reflectie enz. Deze zijn vaak effectiever.

Sociale veiligheid is te verdelen in een objectief deel (bijvoorbeeld aantal ongevallen) en subjectief deel (gevoel). Dit laatste maakt het lastig. Iedereen ervaart een situatie anders.

Schijnveiligheid

Als een weg verlicht is, maar er is geen directe sociale controle, dan spreken we van schijnveiligheid. Er is niemand in de buurt die kan helpen als er wat gebeurt. Het licht kan een gevoel van veiligheid geven maar de route is er niet veiliger door.

Wetgeving

In Nederland zijn we niet verplicht te verlichten. We hebben alleen een zorgplicht ten aanzien van de lichtmasten. Deze moeten we goed onderhouden.

Zo doen we het voortaan

  • Recreatieve fietsroutes verlichten we niet, omdat deze hoofdzakelijk overdag worden gebruikt.
  • Hoofdfietsroutes (in eigendom van de gemeente) binnen de bebouwde kom verlichten we. Dat kan door directe of indirecte verlichting. De verlichting dimmen we na 19.00 uur. Per situatie bekijken we bovendien of de verlichting in de nacht uit kan.
  • De hoofdfietsroutes (in eigendom van de gemeente) buiten de bebouwde kom voorzien we van alternatieven in plaats van verlichting, daar waar dat nodig is. Staat er nu verlichting dan wordt deze op moment dat vervanging nodig is, niet vervangen.
  • Andere fietsroutes verlichten we niet. Zo voorkomen we schijnveiligheid; een verlichte weg zonder verdere sociale controle.